De presentatie behandelt de mogelijke rol van het volatiel GLV Z-3-hexenylacetaat (Z-3-HAC) in de controle van de aardappelziekte en de expressie van genen die de verhoogde tolerantie verklaren. Negen weken oude aardappelplanten werden blootgesteld aan 0,11 mM Z-3-HAC vooraleer ze werden geïnoculeerd op verschillende tijdstippen met verschillende Phytophthora infestans genotypes. Het experiment werd opgezet met Bintje, een zeer vatbaar ras voor Phytophthora. De vooraf behandelde aardappelplanten vertoonden een tragere ziekteontwikkeling. Een kwalitatieve beoordeling toonde aan dat aan het volatiel blootgestelde maar geïnoculeerde aardappelplanten een significant lagere sporulatie-intensiteit en ziekte-intensiteit vertoonden in vergelijking met de controleplanten. Overgevoeligheidsreactie (HR)-achtige symptomen werden waargenomen op de behandelde bladeren na inoculatie met verschillende pathogene genotypes. Er werd aangetoond dat de transcriptieniveaus van verscheidene defensie-gerelateerde genen, vooral deze die betrokken zijn bij SA-gemedieerde verdedigingstrajecten, significant tot expressie kwamen in planten 48 uur en 72 uur na blootstelling aan Z-3-HAC. Het huidige werk levert een overtuigend bewijs voor de rol van Z-3-HAC in de bescherming van aardappelplanten tegen de aardappelziekte via plantimmuniteit en biedt nieuwe mogelijkheden voor de duurzame bestrijding van deze ziekte.